<\/span><\/h4>\n\n\n\nEens de energiedeskundige een beeld heeft van hoeveel warmte ontsnapt, kijkt hij of zij naar hoe de warmte wordt gegenereerd<\/strong>. Het type en de werking van de verwarming<\/strong> (centraal of decentraal, mazout, CV-ketel, of warmtepomp) worden onderzocht.<\/p>\n\n\n\nDaarnaast houdt de deskundige ook rekening met de manier waarop de warmte over de woning of het gebouw verspreid wordt<\/strong>. Hij of zij houdt onder meer rekening met het type en de werking van…<\/p>\n\n\n\n\n- Verwarmingselementen (radiatoren, vloerverwarming, …)<\/li>\n\n\n\n
- Bediening van de verwarmingselementen (regelkranen of thermostaat)<\/li>\n\n\n\n
- Leidingen en lengte van de verwarmingsleidingen.<\/li>\n\n\n\n
- Eventuele isolatie van de leidingen<\/li>\n<\/ul>\n\n\n\n
Naast de verwarming speelt ook de ventilatie <\/strong>een rol. Beschikt het gebouw over mechanische ventilatiesystemen? Wat zijn de prestaties van die ventilatiesystemen? Zijn er ingebouwde verluchtingsroosters aanwezig?<\/p>\n\n\n\n